Juni 2002: Spinklosjes
Omschrijving:
Spinklosje, ook wel spinsteentje genoemd, is de meer algemene benaming voor dat deel van spingerei dat als gewicht aan een spinhoutje fungeert en samen de spintol vormt. Spinklosjes variëren van materiaal, grootte, dikte en vorm, waarbij sommigen zijn versierd met ingekerfde ringen.
Datering: Uiteenlopend van 14e tot 16e eeuw (m.b.t. tot de hierboven getoonde collectie).
Materiaal: Aardewerk en metaal.
Herkomst: Duitsland en Nederland.
Afmetingen: Doorsnede van de hier getoonde voorwerpen varieert van 18 tot 31 mm.
Vindplaats: Dordrecht, Statenplein 1997, 1998 en Woerdenbach 2001.
Bijzonderheden:
Spinnen was een belangrijke middeleeuwse nijverheid, waarbij plantaardige vezels of wol werd verwerkt tot een draad. Voor de vervaardiging van onder meer lakens werd zowel inheemse als geïmporteerde wol gebruikt. De inheemse wol leverde echter kwalitatief inferieure lakens op, waarop in sommige steden zelfs werd verboden deze wol te gebruiken voor de beste lakens. Voor de vervaardiging van luxe lakens werd wol geïmporteerd uit Engeland, waarbij Dordrecht en Middelburg dienden als stapelplaatsen.
Als voorloper van het spinnewiel werd voor het in elkaar draaien van vezels of wol tot een draad, gebruik gemaakt van een handspindel. De spindel, of spintol, bestond uit een spinklosje en een stokje met een lengte van 15 tot 30 cm, welke aan één zijde, net boven het midden, een verdikking vertoonde. Door de taps toelopende opening in het spinklosje, kon deze klem worden geschoven op de verdikking van het spinstokje. Het begin van de draad kon aan de bovenzijde van het stokje worden vastgezet aan een daar bevestigd stukje wol of vlas. Met duim en wijsvinger kon vervolgens het stokje tot rotatie worden gebracht, waarbij het spinklosje diende als vliegwiel. Van het te spinnen materiaal werd tijdens het ronddraaien van het stokje kleine plukjes losgemaakt en de aldus gesponnen draad werd op de spindel gerold. Daarna werd de beweging herhaald.
Het handspinnen is in de Nederlanden in de loop van de 17e eeuw verdrongen door de introductie van het houten spinnewiel. In Noord-Afrika echter, werd zeker tot een jaar of 20 geleden, nog steeds wol gesponnen met de handspindel. Dit spinstokje is qua uiterlijk niet wezenlijk verschillend van de middeleeuwse varianten die ook in Dordrecht zijn gevonden.